Laatste nieuws
armoede

Buitenlandse artsen in Nederland aan de studie

1 reactie

Buitenlandse artsen in Nederland aan de studie

Jaarlijks stromen circa 140 in het buitenland gediplomeerde artsen in in de Nederlandse artsenopleiding. Giza Passos de Cerqueira e Silva (Brazilië) en Suhail Basunaid (Jemen) zijn twee van die studenten.


In 1997 studeerde Giza Passos de Cerqueira e Silva (31 jaar) uit het Braziliaanse Salvador af als basisarts. Daarna deed ze een tweejarige opleiding Interne Geneeskunde. In 2003 verliet ze haar geboorteland. Giza is nu vijfdejaars en krijgt naar verwachting in juni haar Nederlandse artsendiploma. Suhail Basunaid (34 jaar) studeerde in 1997 in Jemen af als basisarts. Daarna deed hij in het General Police Hospital in de Jemenitische hoofdstad Sanaa een jaar onbetaald werk als arts. In 2000 kwam hij naar Nederland: Suhail kreeg een NUFFIC-beurs om in Maastricht een master degree Public Health te halen. In 2004 ontving hij zijn Nederlandse doctoraal geneeskunde aan de Universiteit Leiden.



Wat zijn de verschillen tussen de geneeskundeopleiding in jullie geboorteland en die in Nederland?

Giza: ‘In Brazilië is de studie geneeskunde hetzelfde als in Nederland: vier jaar theorie gevolgd door twee jaar co-schappen. In het tweede en derde jaar leer je veel door probleemgericht klinisch redeneren, anamnese en lichamelijk onderzoek op echte patiënten. De opleiding in Utrecht wijkt hiervan af omdat de co-schappen al in het derde jaar beginnen.’



Suhail: ‘Over het algemeen hanteert Jemen dezelfde opbouw van het curriculum. Om te slagen voor de praktijk ligt de nadruk wel meer op parate kennis. In Nederland is het tijdens de co-schappen belangrijker hoe je met de patiënt kunt communiceren.’



Hoe vond je het om de opleiding hier (gedeeltelijk) opnieuw te moeten doen?

Giza: ‘Het is een goede gelegenheid om de taal en het systeem van de gezondheidszorg beter te leren kennen. Ook geeft het je de kans om je communicatieve vaardigheden te verbeteren. De cultuur van de geneeskunde in Nederland wordt duidelijker. Wat ik niet acceptabel vind, is dat alle buitenlandse artsen hetzelfde pakket krijgen om hier hun diploma te behalen. Dat gebeurt onafhankelijk van hun medische kennis, taal en communicatieve vaardigheden.’



Suhail: ‘Ik vond het tijdens de theoretische jaren een goede manier om hier te wennen. Maar nu ik verder ben in mijn co-schappen, loop ik steeds vaker tegen het probleem aan van individuele beoordeling. Vaak scoor ik op mijn klinische kennis en vaardigheden lager omdat mijn communicatie te wensen overlaat. Ik mis de collectieve kennistoetsen als onderdeel van de beoordeling.’

Hoe is het contact met andere (CIBA-)studenten?

Giza: ‘Mijn contact met andere CIBA-artsen is goed (zie kader). Ook met andere studenten trouwens. Door mijn co-groep en door de andere studenten voel ik me geaccepteerd en gesteund. Ik heb goede sociale contacten en het gaat prima! Het helpt dat ik een Nederlandse partner heb en dat veel mensen een positief beeld hebben van Brazilië.’



Suhail: ‘Niet zo goed, mensen zijn veel op zichzelf of hebben al veel vrienden uit eerdere studiejaren. De enige met wie ik goed contact heb, is een CIBA-student uit Irak. We lopen allebei tegen dezelfde problemen aan tijdens onze co-schappen.’



Ondervind je veel problemen met de communicatie?

Giza: ‘Ja, de taal blijft een handicap. Uiteindelijk kan ik wel alle benodigde informatie van de patiënt krijgen, maar het kost me meer energie dan in mijn moedertaal. Ik ervaar geen grote cultuurshock. Mensen hebben hier wel andere gewoonten, een ander ritme en een andere manier om met elkaar om te gaan. Aan die dingen moet je wennen. Maar echte problemen ondervind ik niet.’


Suhail: ‘Ik vind van niet, ik begrijp alles volledig. Praten doe ik wel langzaam, maar dat deed ik in mijn eigen taal ook altijd al. Hier zijn ook de administratieve taken van een co-assistent belangrijk voor de beoordeling. Thuis had ik zelden met een computer gewerkt, dus dat kost me wel veel energie.’



Zijn de patiëntcontacten anders dan thuis?

Giza: ‘Het patiëntcontact in Brazilië is meestal vriendelijker en minder zakelijk. De patiënten zijn er veel minder betrokken bij het beslissingsproces. Braziliaanse artsen voeren minder vroeg in het traject slechtnieuwsgesprekken. Ik heb de indruk dat artsen in Nederland directer zijn en zo goed mogelijk de waarheid vertellen over bijvoorbeeld de prognose. Dat verwachten patiënten hier ook meer.’



Suhail: ‘Hier wordt met meer respect gekeken naar co-assistenten en arts-assistenten. Ik krijg ook van patiënten vaak begrip voor mijn taalachterstand.’



Zou je terug willen?

Giza: ‘Brazilië is een fantastisch land, maar voorlopig wil ik hier blijven en in opleiding komen. Maar ik sluit niet uit dat ik op termijn weer terugga naar Brazilië.’



Suhail: ‘In Jemen heb ik al een jaar gewerkt zonder salaris. De banen liggen daar nog minder voor het oprapen. Mijn droom is om via een Nederlandse organisatie terug te gaan naar Oost-Afrika om armoede te bestrijden en mensen te helpen.’ 





 Sandra Ferns en Kathelijne Groeneveld



armoede
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.