Nieuws
Henk Maassen
Henk Maassen
4 minuten leestijd

College via YouTube

Plaats een reactie

Pathologie van Wolter Mooi?

Meer moderne communicatiemedia in het medisch onderwijs. Daarvoor pleit hoogleraar pathologie Wolter Mooi van het VUmc. ‘Ik voorspel dat studenten steeds meer gaan shoppen naar medische colleges op het web.’

informatie

Prof. dr. Wolter Mooi is als klinisch patholoog actief in diagnostiek, onderzoek en onderwijs aan de VU. Hij schreef zelf enkele handboeken op zijn vakgebied. Handboeken verdwijnen niet, vermoedt hij. ‘Mits ook in digitale vorm beschikbaar en omringd met zelfstudie- en toetsmateriaal. Er blijft behoefte aan een gidsfunctie te midden van de veelheid aan informatie die het web biedt.’


Wolter Mooi vindt dat docenten zoveel mogelijk moeten aansluiten bij de leefwereld van studenten. Want de hoogleraar pathologie aan het VUmc ziet nog te vaak dat goede studenten stranden om redenen die niets te maken hebben met hun potentiële talenten als dokter. ‘De één studeert een nacht lang door, een ander neemt de informatie in kleine partjes tot zich’, zegt hij. ‘De één leert bij voorkeur uit een boek, de ander zet liever een koptelefoon op en kijkt naar een scherm. Je moet rekening houden met al die verschillende studeerstijlen en dat kan heel goed met behulp van nieuwe media. Een voorbeeld: hoe een afweercel een viraal geïnfecteerde cel doodt, dat is een ingewikkeld proces. Dat kun je uitleggen in een college, maar het is ook heel goed te visualiseren in een filmpje met gesproken tekst dat on demand beschikbaar blijft. Studenten kunnen dan kijken als ze gemotiveerd zijn, en dat is niet per se de maandagochtend in een rumoerige collegezaal als ze er nog niet helemaal bij zijn met hun gedachten.’

Zo zou het dus moeten zijn, maar de werkelijkheid is anders.
‘Dat klopt. Grote organisaties als universiteiten zijn vaak traag in het overnemen van nieuwe technologische mogelijkheden. En van docenten hoor je dat ze geen tijd hebben voor deze nieuwigheden. Dat sommigen daar goede redenen voor hebben, bestrijd ik overigens niet. Clinici staan steeds meer onder tijdsdruk om productie te maken. Als patholoog zie ik geen patiënten en heb ik ontegenzeggelijk wat meer tijd om naar de inrichting van mijn onderwijs te kijken. Niettemin is er onvoldoende gevoel van urgentie. Er kan namelijk nu al veel veranderen – zonder grote moeite of kosten. Binnenkort geef ik bijvoorbeeld studieopdrachten met behulp van Google-docs. Tutorgroepjes kunnen dan gelijktijdig aan hetzelfde document werken. Dat kost niets. Ik ben de eerste die dat doet en ik maak nu uitlegfilmpjes voor andere docenten.’

U heeft een YouTube-kanaal met webcolleges.
‘Ja, het doubleert overigens met mijn colleges en uitlegfilmpjes op het blackboard van onze faculteit. Maar daar kunnen alleen VU-studenten bij. Ik wil liever ook buiten de faculteit online onderwijs aanbieden. Ik voorspel dat studenten steeds meer gaan shoppen. Je vindt op het web al medische colleges uit Amsterdam, Stanford, New York, noem maar op. De ene docent zal 10.000 downloads halen, de andere nog geen dertig. Als studenten mij overslaan, omdat elders op het web een beter college beschikbaar is, dan is dat voor mij misschien niet zo leuk, maar de studenten hebben uiteraard baat bij toegang tot het allerbeste. Dat is waar het écht om gaat. Zo zal, verwacht ik, een internationaal circuit van bijzonder goede docenten bereikbaar worden.’

U vindt het heel belangrijk dat studenten elkaar vragen stellen. Waarom?
‘Dat heeft een praktische en een inhoudelijke reden. De praktische reden: jaarlijks heb ik bijna 400 nieuwe studenten. Als die elk half uur zelfstudietijd een vraag zouden stellen, dan zouden dat wekelijks meer dan 9000 vragen zijn; ik zou omkomen in de vragen! Wie zouden die dan moeten beantwoorden? Mijn idee is: de studenten zelf. Niet als noodoplossing, maar als onderwijsmethode. Vragen stellen en vragen beantwoorden is namelijk een uitstekende manier van studeren. Alleen het gebeurt nog veel te weinig. De student die een antwoord weet, of meent te weten, activeert zijn kennis en verdiept door de formulering ervan zijn eigen inzicht. Dat is veel beter dan louter kennis absorberen. Dat is de inhoudelijke reden. Een voorbeeld: langs welke weg witte bloedcellen een infectie tegengaan, kun je gewoon uit je hoofd leren. Maar je kunt je ook afvragen hoe zoiets in het lichaam geregeld zou kunnen zijn. Hoe op elke plek waar dat nodig is afweercellen actief kunnen worden. Al snel bedenk je dan dat ze moeten patrouilleren en dat de enige logische route de bloedsomloop is. De volgende vraag is dan: hoe weet zo’n cel waar die moet zijn? Dat kan alleen maar het oppervlak van de endotheelcel zijn, want dat is de enige plek die een locatiesignaal kan afgeven. En ja hoor, zo zit het in elkaar. Ikzelf heb vroeger helemaal niet zo gestudeerd. Pas veel later ben ik de charme gaan zien van het doorgronden en herkennen van processen.

Hoe wilt u het stellen van vragen bevorderen?
‘Ik denk erover een website te bouwen die vragen stellen heel gemakkelijk maakt. Binnen een paar muisklikken zou je exact op de plaats moeten zijn van het onderwerp waarop je vraag betrekking heeft. Er zijn zo veel medisch studenten in het Nederlands taalgebied dat er altijd wel een paar bezig zijn met het onderwerp waarover de vraag gaat. Mijn hoop is dat studenten een dergelijke site als een standaardfaciliteit gaan gebruiken.’

Maar niet alle vragen zullen beantwoord worden of het goede antwoord krijgen.
‘Dat moet je voor lief nemen. Het lijkt erger dan het is; we staan immers voortdurend bloot aan informatie van onzekere kwaliteit. Ik denk dat het goed is dat studenten de waarde van antwoorden leren inschatten. In mijn studietijd werden docenten geacht alles te weten. Ik weet nu zeker dat daar ook antwoorden van dubieuze kwaliteit tussen zaten. En los daarvan: een onbeantwoorde vraag is altijd nog beter dan helemaal geen vraag.’

U zit ook op Facebook en heeft veel studenten als vriend. Heeft u een andere verhouding met studenten dan uw docenten van destijds?

‘Mijn inzet is een goede verstandhouding met studenten, maar ik wil niet te dicht bij hun leefwereld komen. Je moet professioneel blijven. Facebook is een heel interessant en verrijkend medium, maar ik zal me zelf nooit aanmelden als vriend bij een student. Andersom vind ik prima.’

Henk Maassen

beeld: De Beeldredaktie, Marc Driessen
beeld: De Beeldredaktie, Marc Driessen
  • Henk Maassen

    Henk Maassen is sinds 1999 journalist bij Medisch Contact, met speciale belangstelling voor psychiatrie en neurowetenschappen, sociale geneeskunde en economie van de gezondheidszorg. Hij stelt wekelijks de Media & Cultuur-pagina’s samen.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.