Nieuws
Naomi Querido
6 minuten leestijd

Laat je niet inpakken

Plaats een reactie

De kunst van het omgaan met een gunst

Een handige usb-stick of een substantiële bijdrage die het gala betaalbaar houdt. Onschuldige geschenken van de industrie. Toch? Maar hoe onafhankelijk ben je als arts als een farmaceutisch bedrijf je een champagneset cadeau geeft of je een luxe weekend skiën met nascholing aanbiedt?


Mag dat?

Een artsenbezoeker komt langs en biedt je ter gelegenheid van de introductie van een nieuwe pijnstiller een medische encyclopedie aan. Mag dit?

Een farmaceutisch bedrijf vraagt je mee te werken aan een onderzoek naar de toepassing van hun geneesmiddel in de praktijk. Per geïncludeerde patiënt vergoedt het bedrijf 350 euro. Mag je meewerken?

Lees de casuïstiek op www.knmg.nl/dossier/gunstbetoon.


Pennen, markeerstiften, kauwgum, een laptoptas en zelfs condooms: geneeskundestudenten Pepijn van Geuns (19), Roderick van Grootel (20) en Maarten Smeeing (20) hadden na hun introductiedagen een tas vol kennismakingsgeschenkjes en -aandenkens van farmaceuten en andere organisaties. ‘Je mag geen geld aannemen, maar een goodie bag lijkt me geen probleem’, vindt Roderick. Ook in sponsoring van de faculteitsvereniging en gala’s zien de drie Utrechtse studenten geen bezwaren. ‘Natuurlijk zie je de naam van de sponsor wel hangen bij binnenkomst of op de uitnodiging. Je bent je bewust van hun aanwezigheid en het feit dat zij het gala mede mogelijk maken, maar je bent ze daardoor niets verschuldigd’, vindt Pepijn.

Farmaceutische bedrijven spelen een onmisbare rol in de ontwikkeling en verbetering van geneesmiddelen. Logisch dat de industrie haar middelen moet kunnen promoten onder artsen, tandartsen en verloskundigen. Maar geneesmiddelen voorschrijven mag louter op medisch-inhoudelijke gronden. Kortom: reclame mag, maar medici mogen niet op een oneigenlijke manier worden beïnvloed. Maar wat is dan de scheidslijn? Waar eindigt promotie en begint ongewenste beïnvloeding? En misschien wel de belangrijkste vraag: waarom moet je je als student al bewust zijn van het spel van gunsten en diensten?

Meer fooi

Uit diverse wetenschappelijke onderzoeken in de psychologie en sociologie blijkt dat de menselijke psyche is te beïnvloeden. Denk alleen al aan de geur van warme stroopwafels waardoor je er direct zin in krijgt. Een krachtig middel om iemand te beïnvloeden, is het geven van cadeautjes of gunsten. Het onderliggende principe noemen wetenschappers de wet van de wederkerigheid: wie iets krijgt, probeert dat evenredig te vergoeden. Die regel ligt zo diep in ons verankerd, dat kleine dingen al een groot effect sorteren. Zo is onderzocht hoe de meeste fooi te verdienen is.1 Obers die bij de rekening een pepermuntje presenteerden, zagen hun fooi met 3 procent stijgen. Met twee pepermuntjes nam de fooi met 14 procent toe. Legde de ober eerst één pepermuntje neer en liep hij nog een keer terug om nog een pepermuntje neer te leggen met de mededeling ‘Jullie waren zulke aardige klanten’, dan leverde dat maar liefst 23 procent meer fooi op. Uit dit voorbeeld blijkt ook dat als we de gever sympathiek vinden, de bereidheid om iets terug te doen nog groter is.

Het is voor tal van bedrijven – farmaceutische, maar bijvoorbeeld ook banken of verzekeraars – natuurlijk razend interessant om van deze kennis gebruik te maken. Precies om die reden is geneesmiddelenreclame aan strenge regels gebonden. Zo mogen geschenken maar een bepaalde, beperkte waarde vertegenwoordigen en moeten ze bovendien een relatie hebben tot het beroep. Ook op het gebied van sponsoring of gastvrijheid gelden strikte regels over wat er mag worden vergoed (zie kader).

Onbewust beïnvloed

Veel artsen denken dat marketing en reclame hen niet beïnvloeden, omdat zij medisch deskundig zijn. Studenten denken er vaak net zo over. Derdejaarsstudente Suzanne Rosier (22): ‘De bescherming van de Geneesmiddelenwet is goed, maar ik kan zelf wel bepalen wat ik kies. Ook al krijg ik een cadeautje of een bijna gratis workshop, ik kies uiteindelijk voor de middelen die ik ken en waarmee ik goede ervaringen heb.’

Maar juist daarin schuilt het gevaar, want vaak zijn dit de middelen die veel gepromoot zijn. Artsen schrijven bijvoorbeeld zonder dat ze zich ervan bewust zijn, vaker een bepaald middel voor als de artsenbezoeker, die ze goed kennen of die altijd iets leuks meeneemt, net is langs geweest.2 Ook slaan we onbewust logo’s of merken op die we bijvoorbeeld zien op een gala, tijdens een beurs of bij een congres. Die merken zijn later de eerste die in ons hoofd ‘opkomen’ als we een middel voorschrijven. Deze onbewuste beïnvloeding begint al in je studententijd, zo blijkt uit een Amerikaans onderzoek. Daar kregen twee groepen studenten een vragenlijst voorgelegd over twee geneesmiddelen. De eerste groep was van tevoren blootgesteld aan promotie van een van de twee merken. Zij hadden een lichte voorkeur voor dit middel. De controlegroep had juist een voorkeur voor het andere middel. Het onderzoek maakte duidelijk dat een restrictief universitair beleid ten aanzien van farmaceutische marketing een goede remedie vormt tegen ongewenste beïnvloeding.3

Sluipend mechanisme

Sommige faculteiten, waaronder het LUMC, kiezen daarom voor een restrictief beleid. Het LUMC moet dan zelf financieel bijdragen, maar de student is minder beïnvloedbaar, vertelt prof. dr. Eduard C. Klasen, lid van de raad van bestuur en decaan. ‘In Leiden zijn studenten gratis lid van de medische studievereniging en wij financieren het bestuur, zodat deze studenten hun studiefinanciering tijdelijk kunnen stopzetten. Daarnaast stellen we een budget beschikbaar voor activiteiten. Het is niet verboden om sponsors te werven, maar we willen wel weten welke en onder welke condities. Zo nodig nemen we de financiering over. In alle redelijkheid hoor: een uitgever die adverteert in een jaarboek kan prima, maar met de farmaceutische industrie zijn we voorzichtig.’

‘Tja, je onthoudt vaak het merk waarvoor veel reclame is gemaakt’, realiseert Suzanne zich. ‘Maar de keuze van Leiden vind ik wat doorgeslagen. Je wordt overal blootgesteld aan beïnvloeding; ook docenten noemen meestal merknamen.’ Professor Klasen: ‘Beïnvloeding is een sluipend mechanisme, waarvoor de kiem vaak wordt gelegd in de studententijd. We beschermen daarom onze studenten én onze professionals. Niet rigide, wel restrictief. Een cursus of nascholing mag best een sponsor hebben uit de farmaceutische industrie, maar die mag bij ons nooit de enige sponsor zijn. Je moet de gelegenheid hebben om ook concurrenten te zien.’ Vierdejaarsstudente Caranza Daans heeft nog een andere oplossing: ‘Als het aannemen van geschenken zo gevoelig ligt, schaf het dan helemaal af en schenk het geld aan een goed doel, bijvoorbeeld onderzoek naar kanker. Dan vaart iedereen er wel bij: industrie, arts en patiënt.’



Aanpakken of laten staan?

De Stichting Code Geneesmiddelenreclame (CGR), waarin onder meer de KNMG, KNMP, Nefarma, Neprofarm en Centraal Bureau Drogisterijbedrijven zijn vertegenwoordigd, heeft een Gedragscode Geneesmiddelenreclame opgesteld. De belangrijkste regels op een rij.

Geschenken tot een waarde van 50 euro zijn toegestaan met een maximum van 150 euro per jaar, mits het geschenk van nut is om je beroep uit te oefenen. Pennen en agenda’s kunnen dus wel, een mp4-speler niet.

Sponsoring (een activiteit financieel ondersteunen) mag alleen als dit eerlijk, integer en transparant plaatsvindt en als het doel van de activiteit de kwaliteit van de medische zorg of wetenschap ten goede komt en geen of onvoldoende andere reguliere financiering beschikbaar is. Voorbeeld: schenking van laptops met internetaansluiting aan een kinderafdeling van een ziekenhuis voor gebruik door zieke patiëntjes.

Gastvrijheid (het betalen/sponsoren van de reële reis-, verblijf- of inschrijvingskosten): hierbij geldt dat het te vergoeden bedrag binnen de perken moet blijven en dat de gastvrijheid ondergeschikt is aan het hoofddoel van de bijeenkomst. Ook voor gastvrijheid gelden maximumbedragen per bijeenkomst en per jaar, afhankelijk van de aard van de bijeenkomst. Let er dus bij elke uitnodiging op dat het programma inhoudelijk verantwoord is en de locatie geen uitgesproken recreatieve uitstraling heeft.

Op www.cgr.nl vind je onder het kopje ‘gedragscode’ uitgebreide informatie over de regels, een beknopte handleiding en veel voorbeelden en concrete handreikingen. Informatie vind je ook in het handige dossier ‘Geneesmiddelen en gunstbetoon’ van de KNMG, via www.knmg.nl/dossier/geneesmiddelen.



Literatuur

1. Lynn M, McCall M. Beyond gratitude and gratuity, 1998. 2. Geneesmiddelen Bulletin 2001 (april); 35: 37-43. 3. Geneesmiddelen Bulletin 2009 (sept.); 43: 91-2.


PDF van dit artikel

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.